De voedselvoorziening
Toen de honingbijen nog in het wild leefden in holle boomstammen overleefden ze de winter op de honing en het stuifmeel dat ze gedurende het seizoen verzamelden.
Doordat de mens de bijen tot huisdier heeft gemaakt en de mogelijkheid er is om een deel van de honing af te nemen is bijvoeren noodzakelijk geworden.
Ook al zou er geen honing worden gewonnen dan nog zouden veel volken het niet overleven , vanwege achteruitgang van de drachtmogelijkheden. Op de reuzebalsemien in de Biesbosch is het meestal mogelijk om honing te winnen en de volken tevens in te winteren.
Inwinteren doen we na het winnen van de laatste honing in augustus / september met een suikeroplossing. Afhankelijk van de volkssterkte moet een volk over 10 tot 15 kg wintervoer beschikken. Rond half augustus wordt de voedselvoorraad dan ook ingeschat en bepaald met hoeveel suikeroplossing deze aangevuld moet worden.
Dit bijvoeren vindt plaats in voerbakken waar de bijen de suikeroplossing op kunnen nemen in een smalle spleet zodat ze niet verdrinken.
Een goede stuifmeelvoorziening is eveneens belangrijk voor een goede overwintering. Helaas is de imker daarbij afhankelijk van de omgeving waar zijn volken staan.
Ziektenbestrijding
Het is niet alleen het voedsel dat belangrijk is , ook ziekten hebben een belangrijke invloed op een goede overwintering.
De varroamijt is een parasiet die sinds 1984 in onze bijenvolken aanwezig is en gehele volken ten gronde kan richten. De mijten vermeerderen zich in het gesloten broed , parasiteren op de poppen en brengen daarbij virussen over met als gevolg zwakke en misvormde bijen.
Na het oogsten van de laatste honing in juli / augustus is het mogelijk om deze mijten te bestrijden met mierenzuur of oxaalzuur. Om het aantal mijten voor het nieuwe seizoen tot het minimum terug te dringen wordt rond Kerstmis in de bijentros gedruppeld met oxaalzuur. Het voordeel hiervan is dat er dan geen broed meer aanwezig is en alle mijten op de bijen zitten.
Er wordt al jaren onderzoek gedaan om bijenvolken te kweken die door hygiënisch gedrag de varroa zelf onder controle kunnen houden zodat bestrijding niet meer nodig is. De resultaten zijn hoopgevend. Door selectie kan de imker zelf ook positieve resultaten bereiken.
Vochtigheid
Om beschimmelde raten te voorkomen is voldoende ventilatie in de kast noodzakelijk. Dit bereiken we door de vliegopening geheel open te laten .
Ook zij er imkers die de gazen bodem geheel of gedeeltelijk open laten.
Kasten die onder een afdak staan of buiten worden afgedekt hebben minder last van vocht problemen.
Winterrust
We noemen het winterrust en geen winterslaap , want de bijen zijn constant in beweging. Hoe lager de temperatuur des te dichter gaan de bijen bij elkaar zitten, we noemen dit de wintertros. Om niet te verkleumen wisselen de bijen aan de buitenkant steeds met bijen aan de binnenkant.
Door verstoring bij lage temperatuur komen de bijen los van de tros en sterven van de kou. De behandeling met oxaalzuur in de winter is een noodzakelijk kwaad en moet dan ook deskundig gebeuren.
Auteur Bert Opsteeg